HET RESULTAAT
SAMENVATTING
1. Leefmilieu Centrum-stedelijk
In dit leefmilieu is er te veel verstedelijking en te weinig groen. De aanwezigen vinden de dynamiek en de groene rand van het centrum erg mooi. Wat volgens hen wel nodig is zijn o.a. koelteplekken, inzet op biodiversiteit, nieuwe architectuur, minder auto’s en de jeugd meer betrekken bij hoe de toekomst eruit moet zien.
2. Stedelijk-compact
Denk aan de tuindorpen zoals Pathmos maar ook wijken zoals Roombeek. Dit leefmilieu is een nieuwe versie van centrum-stedelijk. Volgens de aanwezigen is parkeren hier een grote uitdaging en ontbreken ontmoetingsplekken in de openbare ruimte. Ook is vergroening moeilijk en daarvoor moeten we andere maatregelen nemen dan in andere leefmilieus.
3. Groene stedelijk
Dit leefmilieu omvat de wederopbouw buurten. Het bestaat uit veel groen van lage kwaliteit, het helpt niet tegen hittestress of voor biodiversiteit. Mooi vinden de aanwezigen dat er veel openheid en ruimte is. Wat we hier onder andere moeten doen is optoppen (bouwen op wat er al staat), meer variatie in groen aanbrengen en meer verschil in bebouwing.
4. Suburbaan wonen:
Dit leefmilieu vind je aan de rand van de stad. Er is meestal gebouwd met redelijk moderne inzichten over de ontwikkeling van de stad en groenstructuren. Volgens de aanwezigen is het mooi dat hier veel ruimte is, veel voorzieningen zijn en een hoge kwaliteit groen. Hier moeten o.a. meer mensen plek krijgen dan nu het geval is. Ook de diversiteit aan mensen moet beter volgens de aanwezigen.
5. Campus
Dit leefmilieu heeft heel veel bos met daarin gebouwen die verbonden zijn met elkaar. De aanwezigen waarderen de rust en de groen omgeving. Dat is gezond voor lichaam en geest. Wat hier o.a. moet gebeuren is het toegankelijker maken voor buitenstaanders en start ups en spin offs stimuleren in dit leefmilieu.
6. Werklocaties
In dit leefmilieu vind je kantoren en locaties waar verschillende bedrijven werken. Volgens de aanwezigen is hier veel werkgelegenheid op een centrale plek. Het groen moet hier meer gecentreerd worden en er mag meer van zijn. Ook moet de toegankelijkheid voor voetgangers verbeterd worden.
7. Centrum-dorps
Dit leefmilieu omvat bijvoorbeeld de dorpen waarvan de aanwezigen de ruimte en rust waarderen. En nog belangrijker het noaberschap en de landschappelijke identiteit. In dit leefmilieu is het o.a. nodig dat ouderen doorstromen naar kleiner wonen waardoor jongeren kunnen instromen. De voorzieningen moeten op peil blijven en liefst groeien, net als het aantal inwoners. Kleine zelfstandige ondernemingen passen hier ook prima volgens de aanwezigen.